Snowboards zijn er in allerlei soorten en maten, maar hoe weet je welk snowboard het meest geschikt is? Allereerst hangt de keuze van je snowboard af van je lengte, gewicht en ervaring. Maar misschien nog wel belangrijker is de vraag: wat wil je met je snowboard gaan doen? Simpelweg zijn er drie snowboardstijlen: freeride (all-mountain), freestyle en alpine boarden. Elk snowboard is dan ook afgestemd op een snowboardstijl.
Voor beginnende snowboarders is het minder belangrijk te weten welke stijl je wilt gaan uitoefenen. Beginnerboards zijn gelukkig meestal allround inzetbaar en vooral bedoeld om gemakkelijk bochten te maken. Ze zijn daarom ook vooral geschikt voor wat lagere snelheden. Als je net met snowboarden begint kun je natuurlijk ook altijd een snowboard huren. Zo krijg je de mogelijkheid verschillende soorten snowboards uitproberen en uit te vinden welke snowboardstijl bij je past.
Een aantal jaren geleden waren alle snowboards camber boards. Dit betekent dat de spanning in het snowboard aan de voorkant zit. Toch zie je steeds vaker de zogenaamde rocker boards op de markt. Maar wat zijn precies de eigenschappen en voordelen van een rocker board? Lees hier je meer over de voordelen van beide soorten snowboards en het verschil tussen camber en rocker boards.
BEKIJK AANBODHet gebruik van een freestyle snowboard zie je het meest terug in het funpark of in de halfpipe. De bouw van het snowboard is dan ook met name bedoeld voor jumps, stunts en tricks. Om deze goed te kunnen uitvoeren is het board vaak korter, breder en flexibeler dan een freeride board. De lengte van het snowboard komt meestal tussen je sleutelbeen en kin.
Doordat een freestyle board korter is, kun je gemakkelijker kleine bochten maken. Meestal lopen de voor- en achterkant van een freestyle snowboard iets omhoog en is het board getailleerd. Freestyle snowboards worden over het algemeen gebruikt in combinatie met strap of flow-in bindingen en softboots.
Vaak heeft een freestyle board ook een identieke nose en tail (twin-tip constructie). De voor- en achterkant zijn dan even groot en breed. Hierdoor kun je met beide kanten even soepel boarden, zodat ook fakie-rijden gemakkelijk gaat. Dit is vaak handig bij het landen van een jump of het wisselen van kant in de halfpipe. Naast de twin-tip constructie zijn er ook nog andere varianten, zoals true-twin-tip en directional-twin-tip constructies. Directional-twin snowboards zijn gelijk aan twin-tip boards met als enige verschil dat de staart wat stijver is dan de neus.
Doordat een freestyle snowboard minder stijf is dan een freeride board is het snowboard makkelijk te besturen en goed onder controle te houden. Veel beginnende snowboarders zullen dan ook een snowboard in deze categorie kopen. Ze zijn echter niet geschikt om mee te carven of op hoge snelheid te cruisen doordat de effectieve kantenlengte korter is, waardoor je minder grip hebt.
Freeride snowboards kunnen eigenlijk door alle stijlen worden gebruikt, zowel in het funpark, op de piste, maar ook off-piste. Een freeride board is zo ontworpen dat je er goed mee door poedersneeuw (verse, zachte sneeuw) kunt snowboarden. Dit snowboard is dan vaak ook langer dan een freestyle board en komt qua lengte meestal tussen je kin en wenkbrauwen.
Freeride boards hebben een zogenoemde directional shape en zijn bedoeld om voornamelijk één kant uit te glijden. Bij een directional shaped board is de nose (voorkant) van het snowboard anders dan de tail (achterkant). Over het algemeen is de achterkant smaller, korter en platter dan de voorkant.
De bindingen worden vaak ook meer richting de tail geplaatst, zodat de nose van het board goed naar boven komt. Hierdoor kun je gemakkelijker bochten maken. Het is mogelijk om fakie te rijden met een freeride board ondanks de directional shape, als gaat dit wat moeilijker dan met een freestyle snowboard.
Vaak is een freeride board minder stijf dan een alpine board, maar toch stijf genoeg om niet uit de bocht te vliegen op hoge snelheden. Het is echter niet zo flexibel als een freestyle board en niet zo stabiel als een alpine board. Dankzij de wendbaarheid van een freeride snowboard is het board uitermate geschikt voor beginners en all-mountain snowboarders. Freeride snowboards worden meestal gebruikt in combinatie met strap of flow-in bindingen en softboots.
Alpine snowboards zijn speciaal gemaakt voor het behalen van hoge snelheden. Op deze boards worden dan ook de slaloms en afdalingen gereden bij de grote kampioenschappen. Een alpine board is smaller en stijver dan een freestyle of freeride board. Hierdoor kun je scherpe bochten maken en snel van kant wisselen zonder snelheid te verliezen. Alpine boards zijn ook een stuk langer (van je voorhoofd tot enkele centimeters boven je hoofd), zodat je ook met hoge snelheden grip blijft houden. Het board is niet geschikt voor beginnende snowboarders. Elk foutje wordt namelijk genadeloos afgestraft met vallen tot gevolg.
Alpine boards lijken van de verschillende soorten snowboards het meest op ski’s. Vaak heeft alleen de voorkant van het alpine board een ronde vorm en is de tail (achterkant) recht en plat. Ze hebben dus net als freeride boards een directional shape. Alpine snowboards worden ook in combinatie met hardboots en plaatbindingen gebruikt.
Naast de alpine boards zijn er ook zogenaamde carving boards. Carven ligt tussen het freeriden en het alpine racen in, maar hierbij wordt er alleen op de piste gesnowboard. Carving boards zijn perfect om vlug mee van kant te wisselen en ook op hoge snelheden blijven ze stabiel. Het verschil met alpine boards is dat de carving boards iets minder stijf zijn, zodat je ook op minder steile pistes met lage snelheid goed kunt boarden.