Snowboard keuze / kooptips: stijl, lengte, gewicht en ervaring

Bij de keuze van je snowboard moet je goed weten hoe een snowboard in elkaar zit en waar je op moet letten. Zo is in eerste instantie belangrijk wat je met het snowboard wilt gaan doen. Freeride, freestyle of alpine snowboarden? Voor elke snowboardstijl zijn er speciale boards ontwikkelt met voor elke stijl specifieke eigenschappen.

Naast de snowboardstijl zijn nog andere punten belangrijk voor het kiezen van het juiste snowboard. Zo is de lengte van het board bepalend voor de keuze van het snowboard. Een kort snowboard is namelijk beter wendbaar in het funpark, terwijl een lang board stabieler is op hoge snelheden. Ook de flexibiliteit (spanning) van het snowboard is van invloed op de functionaliteit van het board. Daarnaast is de breedte van het board afhankelijk van je schoenmaat.

Basis shapes snowboards: twin-tip en directional constructie

Snowboards bestaan allemaal uit twee basis shapes (vormen), de twin-tip constructie en directional constructie. Deze twee constructies kunnen verder worden uitgebreid afhankelijk van het doeleinde waarmee het snowboard gebruikt gaat worden.

• Twin-tip constructie
  Twin-tip snowboards lopen zowel aan de voorkant (nose) als de achterkant (tail) iets omhoog. Beide kanten van het board zijn identiek, waardoor het mogelijk om met beide kanten te snowboarden. De basis van een twin-tip board wordt voornamelijk gebruikt voor freestyle snowboards.
• Directional constructie
  Directional snowboards lopen aan de voorkant (nose) iets omhoog, terwijl de achterkant (tail) van het board vlak is. Over het algemeen is de achterkant smaller, korter en platter dan de voorkant. Het is dus zeer belangrijk om bij deze constructie van tevoren te bepalen wat je voorste been is, omdat je tijdens het boarden niet van kant kan wisselen. De basis van een directional board wordt meestal gebruikt voor alpine (race) boards.

Naast de twin-tip constructie zijn er ook nog andere varianten, zoals true-twin-tip en directional-twin-tip constructies. Directional-twin snowboards zijn gelijk aan twin-tip boards met als enige verschil dat de staart wat stijver is dan de neus.

Lengte van het snowboard: eigen lengte, gewicht en snowboardstijl

De lengte van een snowboard is één van de belangrijkste eigenschappen van het board. De lengte wordt bepaald door deze te meten van het uiterste puntje van de voorkant (nose) tot het uiterste puntje van de achterkant (tail) van het board. De lengte wordt altijd weergegeven in centimeters. Snowboards zijn er in de lengte van 100 cm tot 180 cm. Er zijn geen vaste regels om de juiste snowboard lengte te vinden. Toch zijn er een aantal punten waar je rekening mee kunt houden.

Allereerst is je gewicht van belang voor de lengte van het snowboard. Een zwaar iemand op een heel kort board zinkt weg in diepe sneeuw en verliest sneller grip op een kant in de bocht. Een licht iemand op een lang board heeft te weinig massa om snel bochten in te zetten, waardoor het board traag lijkt reageren.

Ook de stijfheid van het snowboard is bepalend voor de lengte van het snowboard. Een stijver board kun je eerder een paar centimeter korter nemen dan een flexibel board.

Elke fabrikant geeft voor het type board de gewichtsrange aan, zodat je precies kan zien of de lengte van het snowboard geschikt is voor je eigen gewicht.

Belangrijk is ook de snowboardstijl die je wilt gaan uitoefenen. Over het algemeen zijn freestyle boards wat korter dan bijvoorbeeld alpine (race) boards. Een kort snowboard komt (als je het board rechtop zet) ergens tussen je sleutelbeen en kin. Korte boards zijn gemakkelijk te maneuvreren en daarom ook zeer geschikt voor beginners. Gemiddelde snowboards reiken tussen je kin en wenkbrauwen. Lange boards komen van je voorhoofd tot zelfs enkele centimeters boven je hoofd. Deze boards worden vooral gebruikt om mee te carven of te racen.

Breedte van het snowboard: juiste taillering per schoenmaat

Niet alleen de lengte van het snowboard is belangrijk, maar ook de juiste breedte van je board. De breedte van het snowboard hangt af van je schoenmaat (of maat van je snowboard boots). De breedte van het snowboard wordt ook wel de ‘waist width’ genoemd. Deze maat wordt altijd gemeten op het smalste deel van het board, dus midden tussen de bindingen. Deze wordt gemeten van (staal)kant tot (staal)kant en wordt weergegeven in centimeters of millimeters. Als je een te smal board hebt voor je schoenmaat, steken je tenen en hakken te ver over de kanten en krijg je last van ’toe drag’ of ‘heel drag’. De neus en hak van je boots raken dan de sneeuw tijdens bochten waardoor je afremt of kunt vallen.

Bij een te breed board liggen de drukpunten te ver van de staalkanten af. Dit is belangrijk voor het maken van bochten (de bal van je voet en je hak). Doordat je niet genoeg kracht kunt zetten, krijg je een tragere kantenwissel, waardoor je board niet snel genoeg lijkt te reageren. De ‘gouden regel’ luidt dat je boot per kant maximaal 2 centimeter mag uitsteken.

Flexibiliteit / stijfheid van het snowboard

Naast de basis shape, snowboardstijl en afmetingen van het board zijn ook de flexibiliteit of juist de stijfheid van een snowboard zeer belangrijk. Bij een snowboard kan zowel in de lengte (flex) als in de breedte (torsie) een bepaalde stijfheid worden aangebracht. Over het algemeen worden snowboards softer (flexibeler) naarmate de lengte afneemt. Ook het gewicht kan bepalend zijn, naarmate het gewicht toeneemt heb je een stijver board nodig.

• Flex
  De flex is de stijfheid van en board over de breedte gezien, van kant tot kant. Flex bepaalt hoe goed een board te controleren is. Meer flex betekent dat het gemakkelijker is om bochten te nemen, wat vooral belangrijk is bij scherpe bochten. Bij teveel flex kan een board echter niet goed krommen, waardoor er veel kracht nodig is om een bocht in te zetten. Te weinig flex maakt het juist weer moeilijk om het snowboard op één kant te houden tijdens een bocht.
• Torsie
  Torsie wil zeggen: de stijfheid van een board in diagonale richting van de voorkant (nose) tot achterkant (tail). Als een board een uitgebalanceerd flexpatroon heeft kun je een bocht gelijkmatig carven. Als een board niet is uitgebalanceerd (de voorkant is ‘softer’ dan de achterkant) is het gemakkelijker om van kant te wisselen.

Een ‘soft’ snowboard is zeer geschikt voor beginners, omdat een flexibel board ook op lage snelheden gemakkelijk draait. Hierdoor is er minder kracht en techniek nodig om te kunnen snowboarden.Freestylers hebben een soft-flex (soepel) board nodig voor meer controle en manoeuvreerbaarheid in het funpark. Freeriders en vooral alpine boarders, hebben een stiffer-flex (stijver) board nodig om het board op hoge snelheid onder controle te kunnen houden.

Base (belag) van het snowboard

De base, ook wel belag genoemd, is de onderkant van het snowboard. Dit is de kant van het board dat met de sneeuw in contact komt. De onderkant van het snowboard kan van verschillend materiaal gemaakt zijn, wat van invloed is op de manier van boarden. Er zijn twee verschillende soorten belag: extruded en sintered.

• Extruded base
  Snowboards met een extruded base zijn duurzaam en makkelijk te repareren. Doordat de belag minder wax kan opnemen, gaat het snowboard langzamer. Het is wel het goedkoopste materiaal, waardoor de base gevoelig voor beschadiging.
• Sintered base
  Boards met bases van sintered belag zijn duurder en harder. Het is ook verkrijgbaar in verschillende hardheden. Hoe hoger het hardheidsgetal (2000, 4000, 6000 etc), hoe harder het belag. Het belag glijdt sneller doordat het meer wax opneemt, maar heeft daardoor ook meer onderhoud nodig. Als je het slecht waxt glijdt het zelfs minder goed dan extruded belag. Sintered belag kun je ook nog in de carbon variant (graphite) aantreffen. Dit materiaal is nog taaier en glijdt nog iets sneller, maar is daardoor ook moeilijker te waxen en repareren. Vooral alpine boards hebben een graphite sintered base om ook op hoge snelheden goed door de sneeuw te glijden.

Spanning van het snowboard: camber of rocker?

Snowboards kunnen ook verschillen in de mate van spanning in het board. Dit is te zien in de kromming van het snowboard. Vroeger hadden alle snowboards voorspanning (camber), waarbij het board in het midden iets van de grond komt. Wanneer je op het snowboard staat raakt het grootste deel van de kanten van het board de sneeuw. De contactpunten van het board liggen vooral in de voorkant (nose) en achterkant (tail) van het board. Voordeel is dat je bochten makkelijk in kunt snijden en veel grip hebt op een ijzige piste of in de halfpipe.

Echter zijn er tegenwoordig ook rocker boards op de markt. Rocker, ook reverse camber genoemd, is het tegenovergestelde van camber. De nose en tail van het snowboard staan iets omhoog, waardoor je een soort banaan vorm krijgt als je tegen de zijkant van het board kijkt. Wanneer je op het board staat raken de kanten alleen van binding tot binding (in het midden) de sneeuw. Hierdoor heb je het voordeel dat je gemakkelijker bochten kan maken, omdat je board minder weerstand biedt.

Wil je meer weten over de verschillende soorten rocker boards? Of wil je weten wat de voordelen zijn van beide soorten spanning? Lees dan meer over het verschil tussen camber en rocker boards.